Het Nederlandse ministerie van Justitie en Veiligheid trekt 2,5 miljoen euro uit om het havengebied van North Sea Port en de zeehaven van Moerdijk veiliger te maken. Het doel is om de (drugs)criminaliteit tegen te gaan.
De publiek/private partijen die al langer samenwerken aan veiligere zeehavens in Zeeland en West-Brabant dienden hiervoor een aanvraag in. Deze gelden versterken de aanpak om de zeehavens weerbaarder te maken tegen ondermijnende (drugs)criminaliteit. Het geld wordt ingezet om vooral de fysieke veiligheid van de terreinen te verbeteren.
Het gaat om eenmalige investeringen die nodig zijn om de terreinen in de haven veiliger te maken. Denk aan het vernieuwen en uitbreiden van ANPR-camera’s waarmee de politie automatisch nummerplaten kan lezen, het inzetten van beveiligingssystemen met betere camera’s, en slimmere toegangscontrole via persoonsherkenning (biometrie). Deze middelen zijn een voorbereiding op een breder (landelijk) plan met structurele middelen waaraan met partners nog wordt gewerkt.
Medio 2021 maakte toenmalig minister Grapperhaus bekend dat logistieke knooppunten weerbaarder moeten worden tegen criminelen die met malafide praktijken misbruik maken van de goede economische infrastructuur. Die aanpak benadrukte minister Grapperhaus ook tijdens zijn bezoek aan het Zeeuwse deel van North Sea Port in september 2021. Naast de grote knooppunten, de havens van Rotterdam en Schiphol, kwam er ook geld beschikbaar voor andere knooppunten. Op deze gelden is voor en door het ‘programma Veilige Zeehavens’ aanspraak gedaan. Binnen het programma Veilige Zeehavens werken publiek/private partners samen om criminaliteit in de havens te voorkomen, te herkennen en te melden. De deelnemers zijn havenbedrijven North Sea Port en Port of Moerdijk, gemeenten Borsele, Vlissingen, Moerdijk en Terneuzen, Douane, Openbaar Ministerie, Politie, Koninklijke Marechaussee, ondersteund door Taskforce-RIEC Brabant-Zeeland.
